Chili

20 november 2017

We zijn in Chili. Dit land is een stuk welvarender als Bolivia , maar ook Peru. Direct over de grens ligt in plaats van een halfverharde weg een asfaltweg, een beetje vergelijkbaar met de overgang van België naar Nederland qua wegen.

San Padro de Atacama is een klein toeristenstadje, dat draait om de doortocht naar de Salar de Uyuni enerzijds en Calama en Santiago aan de andere kant.

Belangrijkste nieuws is dat Ywe benaderd is te solliciteren op een functie bij het pensioenfonds. Op het eerste gezicht is het een passende, interessante functie. Dat zou zo maar een doorstart kunnen zijn. Dat betekent de nodige mailtjes en belletjes richting Nederland.

In San Pedro zijn onnoemelijk veel reisbureautjes, restaurantjes en winkeltjes, allemaal om ons toeristen het zoveel mogelijk naar de zin te maken. En natuurlijk om er iets aan te kunnen verdienen.

Voeg daarbij een heerlijk klimaat van 27º C, blauwe lucht, beetje wind en ‘s nacht 10ºC, en je begrijpt waarom de Spanjaarden dit in de 16e eeuw zo’n fijne plaats vonden. Isabel Allende beschrijft dat prachtig in haar boek Inez - vrouw van mijn hart, maar laat niet na de verschrikkingen van de Atacama woestijn te beschrijven, waar vele Spanjaarden en indianen het leven lieten door de droogte. Er schijnt in 750 jaar net zoveel regen te vallen als in één jaar in Nederland.

Na het bezoek aan een paar reisbureautje besluiten we morgen naar de Valle de la Luna te gaan en overmorgen te gaan fietsen. Het beklimmen van een vulkaan laten we maar zitten, nadat we ernstig gewaarschuwd zijn in een van de bureau vanwege de hoogte en zwaarte. Twee dagen geleden is iemand aan een hartaanval bezweken. Je gaat tot 5.500 meter hoog, en mijn ervaring van Uyumi is voldoende signaal om het lot niet tarten.

Wat je in San Pedro ook goed kan is lekker eten. Of we nu de twee beste restaurant hebben gehad, of dat het hele dorp een culinaire hoogstand is, gisteren aten we voortreffelijk zalm. Vandaag hadden we de beste pizza’s, die ook worden aangeraden in South America on a Shoestring. Altijd handig, zo’n gids. 

De volgende ochtend hebben we niets bijzonders te doen. We boeken de tocht naar de Valle de la Luna 🌓 in de middag, drinken koffie en relaxen lekker. Ywe doet nog wat belletjes in verband met het aanbod dat hem gedaan wordt. Het zou fijn zijn als dit allemaal goed gaat aflopen. Om 16.00 uur melden we ons bij het reisbureautje waar we hebben geboekt. Onze groep is 18 man sterk, en er zijn een hele zwik van die busjes die naar de Maanvallei gaan.

We bezoeken een grot/canyon, een uitzichtpunt bij de drie Maria’s, een ‘stadion’, een hoog duin en tenslotte het uitzichtspunt om de zon te zien ondergaan.

De grot is uitgesleten door een riviertje dat hier ooit gelopen heeft. Het zijn zouten die hier ooit van een nabijgelegen heuvelrug naar toezijn gestuwd door de zee. We spreken dan over tientallen miljoenen jaren geleden.

De drie Maria’s zijn door de wind geërodeerde rotsen die volgens een visoen van de Belgische priester die begin 20e eeuw hier de zaken in kaart bracht, de vorm hadden van drie Maria’s.  Ernaast staat een rots die ze de ‘Packman’ noemen, en dat klopt ook wel.

Het landschap inhele gebied is zeer ruig en bijzonder. De vergelijk met het maanlandschap is goed te volgen. Je komt langs een rotsrug die de vorm heeft van een amfitheater. Het duin heeft een scherpe top, door de wind gevormd. Vanaf het hoge duin heb je een mooi overzicht van de vallei.

We eindigen de excursie met een rit naar een lokatie aan de andere kant van San Pedro, waar je goed zicht hebt op de zonsondergang. Langzaam zie je het licht wegtrekken uit de onderliggende vallei. Alleen de vulkaan Licancabur, die meer dan 5 km hoog is houdt het langer vol. Ook als de zon is ondergegaan staat de top nog in brand. 

Dan gaan we een dagje fietsen. We staan tijdig op, omdat we om 9 uur bij de fietsverhuur willen zijn. San Pedro is relatief vlak, en ‘s ochtends is het niet te warm. Die fietsen zijn is goede staat, en beschikken over dikke banden die je op de ruige grond hier wel nodig hebt. Ook hebben ze voldoende versnellingen om stijle klimmetjes te doen. Dat blijkt geen luxe te zijn.

We hebben onze zinnen gezet op de ‘Tunel’, een in de heuvels gemaakte tunnel, die tot 1950 de verbiding tussen San Pedro en Calama vormde. We fietsen over een weg, die langs een riviertje blijkt te lopen. We zijn anderhalf uur zoet om de tunnel te bereiken. De laatste kilometers is dat stijl omhoog over een rotsachtig pad met los zand en losse stenen. Ywe heeft de bolletjestrui, want hij is het eerst boven. Door de tunnel kom je in het volgende deel van het Adobegebergte. Het is ruig en onherbergzaam. Mensen zullen niet makkelijk hebben gehad als hier doorheen moesten trekken, vooral als ze er niet bekend waren.

De afdaling is weer wat anders. Vooral zorgen dat je overeind blijft. Afdalen is meer mijn ding, en ik vlieg in hoge vaart de heuvel af. Beneden gekomen volgen we de ‘hoofdweg’ verder de kloof door, die de rivier heeft uitgesleten. Op een gegeven moment moeten we de rivier over. Ywe suggereert de schoenen uit te doen, maar gaat voor zonder dat te doen. Halverwege staat hij stil en staan schoenen en onderkant van zijn broek in het water. Dat voorbeeld noopt mij mijn schoenen en sokken uit te doen. Ook ik kom halverweg in het water tor stilstand.

We rijden een stuk door de onherbergzame kloof, waar verderop toch wat mensen wonen, en een ‘Capillo de San Isidoro’ is gebouwd. Als we weer door de rivier moeten, keren we om.

Om 12.15 zijn we weer in San Pedro en mogen we aan de koffie. Het was een pittige tocht, vooral door de combinatie van een moeilijk begaanbar pad en de stijle helling, die tussen de 10 en 15% lag. De middag hebben we ‘vrij’ om weer lekker vakantie te vieren. 

Op zaterdag gaan we naar Calama. De rit duurt ongeveer anderhalf uur, en gaat door het desolate landschap van de Atacama woestijn en bijbehorende gebergten. We zien bij Calama een groot Zonnepanelenpark en windmolens. Dat is op weg naar klimaat neutraal. Calama ligt temidden van gebergte en woestijn.

Het hotel is prima, ik denk wel een van de mooiste sinds Cusco. Het zwembad, waarvoor we gekomen zijn, is echter akelig koud. Gelukkig is er ook een hottube, die aangenaam bubbelen mogelijk maakt.

Calama ligt op 2400 meter, dus onze hoogte stage gaat door tot het eind van Ywe’s verblijf. Hoeveel extra rode bloedlichaampjes zouden we hebben aangemaakt? Het centrum is vier kilometer, dus een eindje lopen. Calama is geen bestemming die je niet mag missen. De excursie naar de open mijn is van maandag tot en met vrijdag, dus daar hebben we niet veel aan omdat het weekend is. Op een pleintje speelt een ‘rock’band, afgewisseld door godsdienstige preken van een paar dames. Dat is ook niet echt inspirerend.

We besluiten iets te gaan drinken. Dat lukt in wat Ywe noemt een ‘multifunctionele’ ruimte, waar vele soorten bier en gelukkig ook cola is te verkrijgen. Het publiek is gemeleerd, met enkele stellen, en een aantal eenzame mannen. Verder hangt er een groep schaars geklede dames rond, waarvan er twee bij ons komen zitten. Ze blijken afkomstig uit de Dominicaanse republiek. De communicatie gaat natuurlijk wat lastig, vooral met Ywe die geen Spaans spreekt. Ze willen wel gaan dansen en zijn niet blij dat we dit afhouden. 

Zondag zijn er presidentsverkiezingen in Chili. Ik heb gisteravond gelezen dat er zes kandidaten zijn, in een interessant artikel dat ook ingaat op de verschillende presidenten van na WO 2. Gevolg is dat alles dicht is, en we ook geen fietsen kunnen huren en het hotel heeft er ook geen, jammer genoeg. In het centrum is niet alles dicht, maar er is niet veel te doen. De verkiezingen zijn beperkt zichtbaar, maar we zien twee plaatsen waar gestemd kan worden. Als onafhankelijke waarnemers bekijken we op gepaste afstand of de verkiezingen eerlijk verlopen.

De middag liggen langs het zwembad, maar erin is echt te koud.

‘s avonds zijn we getuige van de verkiezingsuitslag. Zolang er gestemd mag worden is het verboden alcolhol te serveren. Ywe en ik krijgen dan ook wijn aangeboden in een kopje. 

De verkiezingen zijn een strijd tussen mannen, want de vrouwelijke kandidaten halen de eerste twee plaatsen niet. Piñera, de president voor en na Michele Bachelet, staat ver voor met 36%, waar de nummers twee en drie op 24 en 21% blijven steken.

Het systeem is zo dat de zittende president niet direct herkiesbaar is, maar na een periode wel weer.

We gebruiken het buffet van het hotel, aangezien we in de stad niet echt een goed restaurant hebben kunnen ontwaren, behalve een Peruaans restaurant, en Peru hebben we achter ons gelaten. Een prima buffet met van alles en nog wat, en dus wijn in een kopje.

En dan komt de 20e november, Ywe vertrekt naar Amsterdam en ik ga naar Santiago. Reizen, dat betekent wachten. In het hotel, op de taxi. Op het vliegveld, op de boarding. Het inchecken gebeurt razendsnel, er zijn niet heel veel mensen. We vliegen beiden op Santiago, Ywe met LAN en ik met Sky. 

Een kort afscheid, en Ywe is op weg naar huis. Ik heb nog een ruim maand, voor Chili, Argentinië en Brazilië. De drie en een halve week samen zijn omgevlogen, en we hebben dan ook veel gezien en gedaan: Arequipa, Colca Canyon, Cusco, vier dagen Salkantaytrail, Macchu Michu, Capacabana, La Paz, Uyuni en de driedaagse tocht over de Salar en ten slotte uitstapjes vanuit San Pedro naar de Valle de la Luna en fietsen en Calama. Peru, Bolivia en Chili, drie landen. 

Voor de transfer in Santiago heb ik via internet iets geregeld. Er staat een man met een bordje klaar en rond 19 uur ben ik in het Amstelhuis, mijn slaapgelegenheid voor de komende week. Ywe gaat zo de lucht in. 

De gastvrouw van dit Amstelhuis, Tatjana, die Chileense is en met een Nederlander is getrouwd, legt me uit wat er allemaal hier te doen is, en ook dat ik een dagje Valparaiso niet moet missen. Op basis daarvan ga ik maar een programma maken.

Foto’s

2 Reacties

  1. Henk:
    21 november 2017
    Mooie reisimpressies, leuk om mee te " leesreizen" groet, Henk
  2. Franklin:
    22 november 2017
    groeten aan Ywe en sterkte met de sollicitatie